vrijdag 15 januari 2016

Voor de gains

Ik ben geen type voor een sportschool. Geloof me, ik heb het zo vaak geprobeerd. Eerst als schriele tiener, met armen zo dik als lucifers, in de ijdele hoop wat meer spiermassa te kweken. Ik heb meer spieren gekregen van het drummen. Vervolgens ergens rond de 20 de draad weer proberen op te pakken, alleen maar om na een paar weken te stoppen want motivatie. De laatste keer dat ik het probeerde deed mijn rug meer pijn dan mijn spieren. In een drukke omgeving vol met spandex en katoen zware shit tillen en 'lekker zweten', om de volgende dag niet te kunnen bewegen. Ja, top man.

Maar aan mijn omgeving duidelijk wel. Steeds meer mensen die ik ken kopen een strak spandex broekje en gaan in de gewichten hangen. Soms met resultaat. Soms ook niet. Sommigen vinden de hapslikweg-Italiaan een beloning, anderen zweren bij kwark. Maar ze hebben allemaal iets gemeen: ze doen het voor de gains. Want gains, daar gaat het om. Al mijn sportende vrienden behoren tot een van de groepen die je in de sportschool kunt vinden. Een opsomming:

1. De fanatieke spierbundel (m/v). Deze dude/dudette leeft voor sport. Armen als staalkabels, benen zo hard als beton en buikspieren waar je aardappels op kunt schillen. Eet zes tot dertien maaltijden per dag, liters shakes, wagonladingen kip met rijst en broccoli en kilo's kwark. Leven volgens ritme is het échte leven, en spieren zijn God. Valt regelmatig mensen lastig met ongevraagd advies en geklaag over 'niet genoeg gains'.

2. De "kijk mij eens gezond zijn"-trien. Zo'n type dat met twee vriendinnen bij de drankenautomaat gaat staan, even wat halters van 5 kilo tilt, naar de wc gaat, weer verder praat, en na afloop de fastfoodtent in duikt 'want honger'. Sport waarschijnlijk om af te vallen, maar slaagt er niet in.

3. De overdrijver. Rent twintig kilometer voor het ontbijt, fietst naar zijn werk in Groningen, zwemt in de pauze het IJsselmeer over en snelwandelt dan over de A27 naar huis op zijn handen, alwaar hij zestien liter shakes naar binnengiet, de kat voert, en nog even honderd mijl achterstevoren hinkstapspringt, recht zijn bed in. Heeft teenschoenen.

Mijn alternatief is niet veel beter. Baantjes trekken in het zwembad. Op zich, niet slecht. Maar er zijn altijd eikels die niet doorzwemmen in de snelle baan. Een blik naar de langzame baan is voldoende om je ballen te doen verschrompelen en in een zielige hoop naast je prostaat te nestelen. Verlepte stukken vel drijven treurig door het water. Kortpittige kapsels kwebbelen en roddelen. Dat ene mooie meisje heeft een afschuwelijke trampstamp als ze het water uit komt. En dan is er nog de kerel in het badpak, want dat is zo gestroomlijnd. En als je denkt dat het klaar is komt kortpittig, iets te dik, middelbaar Nederland uit zijn grot om onder leiding van een slanke den te gaan aquagymmen. Kogelronde dames waarvan het een wonder is dat het logge karkas in beweging is gekomen.

De conclusie: sporten is kut. Sporters zijn kut. Je kan het alleen gedogen. Ik ben Wilders en de sportschool is mijn nepparlement.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten